Gebuisd

‘En dat is?’ De verkoopster van de Hubo stelt een examenvraag: hoe noemt de doorwinterde klusser een stukje plastiekbuis zoals dat wat ik nu in mijn hand houd? Dat wil ze wel eens weten, van mij, het hulpje dat de echte doe-het-zelfvers de leeuwenkooi hebben ingestuurd. Mijn tijd loopt. Alleen als ik haar het juiste antwoord kan geven, zal zij zich verwaardigen om mij te vertellen waar ik dat o zo noodzakelijke kleinood in de Hubo kan vinden. Nergens, zo zal blijken.

Onwennig als een man in de tamponrayon heb ik de schappen met loodgieterij natuurlijk eerst afgezocht, in een verwoede poging om mezelf deze vernedering te besparen. Tevergeefs, dat weet u ondertussen. Nu heb ik twee mogelijkheden. Of ik doe een poging om haar op haar plaats te zetten, ik kan daarvoor zelfs kiezen tussen hautain (‘En hoe zou u een verkoopster noemen die haar klant zo aanspreekt?’) of laconiek (‘Ik noem dat een stukske buis en gij?’). Of ik buig nederig het hoofd. Dit is haar terrein, ik schik mij in mijn lot. Zij weer, triomfantelijk: ‘Dat gaat ge hier niet vinden.’ Ik kijk gepast hulpeloos en moet daar niet eens zoveel moeite voor doen. Ze kan het appreciëren dat ik mijn plaats ken. Ze wordt zowaar overmoedig: ‘Voor zoiets moet ge bij Deschacht zijn.’ 2-0, dat is wat zij denkt. Maar dan kent ze mij niet! Ik weet wie en wat Deschacht is! ‘Ik kom van daar. Ze zijn gesloten. Toch bedankt.’

Ik heb nog een half uur om het hele eind van Gent naar Oostakker te fietsen, maar dat hoeft zij niet te weten. Op zaterdag is Deschacht enkel in de voormiddag open, weet ik. Ik haal het. ‘Gesloten wegens jaarlijks verlof’ staat er op het bordje aan het hek. Godverdegodver, miljaar! Ben ik er geen, ik klink toch al als een echte klusser.


Aug 2011

Al wat lezen?


Contact

  • Comm. V Pheidippides
  • Emiel Clausplein 2/0101
    9800 Deinze

  • Ondernemingsnr BE-0893.999.015