Water en ijspralines voor iedereen

Angry middle-aged woman? Middle-aged. Middelbare leeftijd, dus. Als een vrouw in onze beschaafde contreien gemiddeld tweeëntachtig jaar wordt, dan ben ik met mijn vijfenveertig jaar daar ruim voorbij. Ik zit met andere woorden al over de helft. Bij een film is het dan even pauze. Tijd voor de ijspralines. En straks moet het spannendste nog komen. Het zou dus moeten meevallen.

Maar toch. Ik luister dezer dagen naar Studio Brussel. Dat glazen huis geeft aan radio een andere dimensie. En wat voor een: de wereld verbeteren. Dus luister ik. Maar Peter heeft het niet tegen mij. Hij spreekt tegen de “meisjes en jongens”. Hoe ik me ook verzorg, gezond eet, beweeg, flexibel probeer te blijven in gedachten, ik kan onmogelijk nog een “meisje” genoemd worden. De Chiro staat daar urenlang aan te schuiven. Het vriest -2° Celsius! Ik wens de hele wereld drinkbaar water, maar ik kan het niet opbrengen om daar buiten te staan kleumen. Om wat te bewijzen? Mijn solidariteit? Het feit dat ik blijf luisteren is best wel knap. Die “jongens en meisjes” zijn dan ook nog niet onderhevig aan iets als vrieskou. Elke dag fiets ik – want ik ben ook nog eens milieubewust, mee met mijn tijd dus – door de stad. Dan spring ik niet even op de fiets. Neen, neen, zo gaat dat niet. In deze winterdagen vereist dat enige voorbereiding. Mijn dagcrème beschermt mij tegen wintercouperose. Voor mijn handen gebruik ik dagelijks de goedkope en efficiënte uierzalf. Ik draag sowieso al drie lagen kleren. Daar komt een rode fleece sjaal overheen, keurig platgekruist over de borst. Een heel praktische, winddichte, maar niet zo flatterende ski-jas. Een paar rode fleece handschoenen – die passen dus wel bij de sjaal, maar niet echt bij de wit-blauwe jas. En ik zorg ervoor dat ik wollen sokken draag in mijn gevoerde winterschoenen. Aan mutsen doe ik niet. Daar gaat mijn haar heel raar van doen. Dus stap ik dan eindelijk op de fiets. De handschoenen moeten nog wel twee keer uit en aan: voor het cijferslot en nog eens voor het sleuteltje van de fiets, dat je met fleece handschoenen onmogelijk uit je jaszak kunt grissen. En dan kom ik ze tegen, “de meisjes”. Ze zijn ook op de fiets. Zij dragen laarsjes. Zij hebben jasjes aan. Een hoedje ook. En als ze dat afzetten dan schudden ze even hun weelderige haar, bevrijd, volumineus en veerkrachtig. Hun wangetjes gloeien ondeugend. Ze zien er gezond uit. Niks koud. Ik denk dat ik nog een ijspraline neem.


Dec 2007

Al wat lezen?


Contact

  • Comm. V Pheidippides
  • Emiel Clausplein 2/0101
    9800 Deinze

  • Ondernemingsnr BE-0893.999.015